-

Lemmensberg 3
3000 Leuven
Kamermuziekzaal

LUCA Clarinet

Concerten en performances

LUCA Clarinet

Roeland Hendrikx, dirigent

De opera Wilhelm Tell (1829) van een van de meest beroemde operacomponisten, de Italiaan Gioachino Rossini (1792-1868), kwam tot stand in Parijs. Hoewel Rossini op dat moment nog geen veertig was, zou het toch zijn laatste opera worden. De opera heeft vier bedrijven en vertelt het verhaal van Willem Tell of dus de legende van de Zwitserse vrijheidsheld en kruisboogschutter die als sanctie voor zijn onwil te buigen voor de toenmalige heersers, een pijl door een appel op het hoofd van zijn zoontje schoot. Hoewel de opera vooral bekendheid geniet omwille van zijn ouverture, is de ouverture veel eerder en volledig buiten de context van de opera ontstaan. Rossini voegde ze aan zijn opera toe toen hij besefte dat hij zijn opdracht anders nooit tijdig genoeg af zou krijgen.

Met Aleksandr Borodin (1833-1887) belanden we in het negentiende-eeuwse Rusland. De Polovetzer dansen verwijzen naar de Polovetzen, een Russisch steppevolk, en maken deel uit van de tweede acte van Borodins onafgewerkte opera Prins Igor. Wanneer Prins Igor samen met zijn zoon Vladimir in handen valt van de leider van de Polovetzen, Khan Konchak, voeren de slaven een ophitsende en wilde dans op.

Van een geheel andere orde is Lux Aurumque van de hedendaagse componist Eric Whitacre (1970). Deze ‘kerstmuziek’ werd aanvankelijk geschreven voor gemengd koor, maar Whitacre bewerkte zijn stuk zelf voor blazers. Lux Aurumque, letterlijk vertaald als “Licht en Goud”, verhaalt hoe de engelen zachtjes zingen voor de pasgeboren Jezus.

Eugène Bozza (1905-1991), ooit dirigent aan de Opéra-Comique in Parijs en directeur van het Valenciennes Conservatorium, schreef een indrukwekkend oeuvre bij elkaar dat bestaat uit opera’s, balletten, symfonische werken, koormuziek, maar bovenal ook uit kamermuziekwerken voor diverse bezettingen. De ensemblemuziek van Bozza is galant, gracieus en melodieus te noemen. Lucioles is speels, opzwepend, kort en krachtig, waarbij het ene virtuoze trekje het andere loopje opvolgt, waardoor het geheel bijna het karakter van een etude krijgt.

Binnen het oeuvre van Darius Milhaud (1892-1974) is Scaramouche, dat zijn naam ontleent aan het Scaramouche Theater in Parijs, zonder twijfel een van zijn meest gespeelde werken. Het energieke karakter, de krachtige ritmes en de toegankelijke melodieën maken het een dankbaar werk om te programmeren, zoals ook deze versie voor klarinetkoor. Onmiskenbaar zijn de Latijns-Amerikaanse invloeden en de beïnvloeding vanuit de jazzmuziek.

Programma 

  • G. Rossini (arr. Harvey): Willem Tell Ouverture
  • A. Borodin: De Polovetzer dansen
  • E. Whitacre: Lux Aurumque
  • Y. Tijssens: nieuwe compositie
  • E. Bozza: Lucioles
  • D. Milhaud: Scaramouche

Koop uw tickets hieronder.

Gratis voor personeel en studenten van LUCA/KSO